Vlaams Belang, een roemruchte Belgische politieke partij, stelt op haar site dat Antwerpen steeds verder islamiseert, doordat voornamen in de populariteitslijst in toenemende mate ‘islamitisch’ zijn.
"In 2006 waren zowel bij meisjes als jongens 4 van de 10 populairste namen islamitisch. Nauwelijks een jaar later ziet dat er al anders uit. In 2007 waren reeds 13 van de 20 meest gekozen jongensnamen van islamitische origine; voor de meisjesnamen is dat 10 op 20."
Dat blijft toch een vreemde manier van denken. In Amsterdam bijvoorbeeld zijn Mohamed en Mohammed al sinds de vroege jaren tachtig de meest gegeven jongensnamen in Amsterdam, terwijl de indruk bestaat dat de stad pas sinds een paar jaar wordt ‘overspoeld’ met moslims.
De verklaring voor de toename van het aantal moslimnamen in de nationale en gemeentelijke populariteitslijsten is tweeledig. Enerzijds neemt het aantal kinderen met een islamitische achtergrond inderdaad toe – maar niet in het tempo zoals rechtsextremisten dat voorstellen.
Veel belangrijker is echter de enorme toename van het aantal verschillende namen die van oorsprong Nederlandse en Vlaamse ouders aan hun kinderen geven. Waar vroeger ‘iedereen’ Johannes of Maria heette, zijn daar nu duizenden namen voor in de plaats gekomen: het is veel moeilijker geworden om met een naam in de top 10 te komen.
Allochtone ouders, en met name Turkse en Marokkaanse ouders zijn veel conservatiever, waardoor veel grotere aantallen kinderen dezelfde naam krijgen.
Dat is enerzijds ingegeven door de overheden van de herkomstlanden, die slechts een beperkt aantal namen toestaan (enkele honderden, tegen de bijna 200.000 namen die in Nederland in omloop zijn), en anderzijds door een groter belang te hechten aan de betekenis van voornamen, waardoor er minder ‘goede’ namen zijn dan voor autochtone ouders.
Kortom: Nederlandse en Vlaamse ouders geven zoveel verschillende namen, dat hun Turkse en Marokkaanse landgenoten in de grote steden ‘kans zien’ met een klein rijtje namen de populariteitslijsten te vullen.
Dat heeft dus vooral te maken met de individualisering van Nederlanders en Vlamingen en in veel mindere mate met ‘islamisering’ van Marokkanen en Turken, of zelfs van een hele stad.