Wat gaat het worden? Een populaire babynaam als Lotte of Ruben? Een stoere korte naam als Britt of Sem? Een zachte naam als Mirthe of Milan? Of toch maar een kaknaam als Rosalie of Duco? Echt origineel ben je met een naam die pas over twintig jaar weer in de mode zal zijn: noem je kind Karin of Ronald!
Er worden de afgelopen tijd niet zo veel baby’s in mijn omgeving geboren, viel me op toen ik de ontvangen geboortekaartjes net opborg.
In 2012 kwamen eerst achternichtjes Anne en Lizzy, plus twee achterneefjes: Twan en Thijs. Oude kennissen kregen óók een Thijs.
Gezien hun achtergrond had ik bij een bevriend stel iets heel anders verwacht dan het wat brave Fabienne.
Er kwam een Sophia (roepnaam Sophie) bij en een jongetje met de aparte naam Anderson (Australische ouders).
Mijn vriendin kreeg Alexander en er waren deze winter twee nieuwe buurjongetjes: Lincoln (Amerikaanse ouders) en Beau.
En last but not least, een lieve oud-collega mocht een paar weken geleden eindelijk haar in Congo geboren kinderen in de armen sluiten: broer en zus Salomon en Mariam.
Wat staat er op de nieuwste geboortekaartjes op jullie prikbord?
Fien, Wies, Niek, Pien – mijn geboortekaartjesbak staat er de laatste tijd vol mee. In 2012 kreeg een recordaantal kinderen een korte ie-naam.
Ik kwam erop tijdens het doorbladeren van een Margriet van afgelopen kerst, waarin een fotoreportage was gemaakt van een viergeneratiesvrouwenfamilie (als dat een woord is). Iets met veel gouden glitters en haarlak en soft focus, en een berg kinderen dus.
De volwassenen heetten Gerrit, Rens, Victor, Bianca, Joke en Sonja; de kinderen Bram, Britt, Esmee, Isa, Jill, Merijn en Fiep. Fiep! Echt een retronaam van nu.
Hollandse jongensnamen
Het afgelopen jaar werd 1 op de 77 jongetjes Niek, Siep, Ties of iets gelijkluidends genoemd; een verdubbeling ten opzichte van nog maar 10 jaar geleden.
De meest voorkomende ie-namen voor jongens (> 50 keer in de afgelopen eeuw, > 250 keer = vet):
Biem
Dies
Fier
Giel
Gies
Kien
Kier
Kiet
Miel
Mies
Niek
Niel
Nies
Pier
Piet
Rien
Ries
Sieb
Siem
Siep
Sies
Tiem
Ties
Viet
Wiel
Zier
Pittige meisjesnamen
Er zijn relatief weinig (officiële) meisjesnamen met een ie in het midden, maar degenen díe er zijn, zijn anno 2013 mateloos populair. Slechts 1 op de 200 meisjes kreeg vorig jaar een ie-naam, maar dankzij met name Fien en Pien zijn dat er al twee keer zoveel als amper tien jaar geleden. Opkomend lijken onder meer Fiep en Mies.
De meest voorkomende ie-namen voor meisjes (> 50 keer in de afgelopen eeuw, > 250 keer = vet):
Dien
Diet
Fien
Fiep
Kiek
Lien
Lies
Miek
Mien
Miep
Mies
Pien
Riek
Sien
Wiep
Wies
Bier en Wiet
Ik kwam een paar ie-namen waarmee een enkele Nederlander officieel rondloopt, maar die maar beter uit de toplijsten vandaan kunnen blijven: Bieb, Biep, Bier, Liep, Mier, Nies, Pief, Piek, Piel en Wiet.
Andere namen komen iets vaker voor, maar zijn toch nog onontdekt. Misschien aardig voor de ouder die houdt van kort & hollandsch: Fier (naast Ernst, Frank, Koen), Gies (in plaats van Giel of Gijs), Kien (als broertje van Bink), Tiem (voor sporters) of Wieb (vrolijk naast Puck of Lola).
Wie net iets verder zoekt dan de geijkte hockeynamen kan altijd terecht bij Shakespeare.
De Engelsman schreef niet alleen over Julia en Jessica, maar gebruikte (of verzon!) ook minder bekende namen, die desondanks goed bruikbaar zijn voor een 2013-baby.
Onontdekte klassiekers
Dus, aanstaande ouders, grijp je kans! Verbazingwekkend hoeveel van jullie klassiekers als Alice, Emilia en Helena over het hoofd zien. Of iets spannender, maar wel ‘legitiem’: Ceres, Hero, Phebe of Thaisa.
Shakespeares namen voor meisjes
Alice
Audrey
Beatrice
Celia
Ceres
Constance
Cordelia
Dorcas
Emilia
Helena
Hermione
Hero
Imogen
Iras
Iris
Juliet
Juno
Luce
Mopsa
Nerissa
Octavia
Ophelia
Perdita
Phebe
Portia
Regan
Rosalind
Tamora
Thaisa
Valeria
Stoere jongensnamen
De namen in de jongensrij lijken minder bruikbaar dan de meisjesnamen, maar wellicht is er een avontuurlijk ouderpaar dat Caius aandurft, of Ford, of met Osric zowel opa Oscar als opa Hendrik vernoemt.
Of Bates. Dé John Bates blijft voor mij de valet uit Downton Abbey (daar moet ik ook eens een namenrijtje van plaatsen!), maar ook Shakespeare had er een, een soldaat in het toneelstuk Henry V (circa 1599).
Shakespeares namen voor jongens
Adam
Angus
Bates
Caius
Cassio
Cato
Chiron
Cleon
Curtis
Edgar
Fabian
Fenton
Feste
Ford
Hector
Iago
Laurence
Lennox
Lysander
Mardian
Oberon
Octavius
Osric
Philo
Quintus
Romeo
Timon
Titus
Varrius
Verges
Vier eeuwen oude namen van nu
Zit er voor jullie iets tussen deze 400 jaar oude namen?
De naam Elisabeth is in verschillende varianten al minstens twee eeuwen populair in Nederland, van Betje in de 19e eeuw tot Liz in de 21e eeuw.
Ik heb een oudtante Bep, een tante Elise, een tante Elly, een oma met als tweede naam Elisabeth en achternichtjes Ella en Lizzy (geen zusjes). Plus, ik ging naar school met een Isabelle, had een hockeytrainster genaamd Liesbeth, een oppaskind dat Lisa heet en zat altijd in de klas met minstens één Lisette (hoewel ik nu eigenlijk niemand meer ken met die naam).
Wie kent er geen Elisabeth?
De oorspronkelijk Hebreeuwse naam Elisjeba (die op zichzelf nauwelijks voorkomt), betekent zoveel als ‘God heeft gezworen, God is mijn eed, God is degene bij wie ik zweer’. Het was de naam van de vrouw van Zacharias, moeder van Johannes de Doper. Dankzij deze Elisabeth komt de naam al honderden jaren voor in Nederland en is daarmee vandaag de dag nog altijd een dankbare vernoemingsnaam.
In 2010 kregen zo’n 1.800 meisjes (ofwel 1 op de 50 pasgeborenen) als tweede of derde voornaam Elisabeth of Elizabeth (= de Engelse variant) mee. Als eerste naam is Elis/zabeth veel minder in trek: slechts 250 meisjes worden jaarlijks zo genoemd. Bovendien zal het merendeel waarschijnlijk een modernere roepnaam dragen, zoals Elise, Ella of Liz.
Roepnamen
Elisabeth is eigenlijk nooit uit de mode geweest de afgelopen 100 jaar. Sterker nog: in 2012 kreeg zeker 1 op de 20 meisjes een van Elisabeth afgeleide voornaam, daarmee het eerdere hoogtepunt – net voor de oorlog – overtreffend.
Het enige wat veranderd is, zijn de roepnamen. Heette een Elisabeth rond 1900 nog Betje of Lijsje, vijftig jaar later werd ze ‘lekker vlot’ Bep of Elly genoemd. Daarna was de liefde voor Elisabeth even klaar, want ouders waren vanaf halverwege de jaren zestig niet langer gebonden aan een beperkt, door de overheid vastgesteld rijtje voornamen.
Nadat de opgewondenheid over exotische nieuwe namen als Bianca, Monique, Karin en Patricia was weggeëbt, keerden ouders terug naar Elisabeth. Vanaf dat moment werd alleen steeds vaker gekozen voor het geven van een roepnaam als officiële eerste naam: van Liesbeth in de jaren zeventig tot Lisette in de jaren tachtig, Lisa in de jaren negentig en Ilse net voor de eeuwwisseling.
Rond 2000 vielen mensen massaal voor het romantische Isabelle – de varianten Isabel en Isabella stijgen anno 2013 nog steeds in populariteit. Afgeleide naam Isa kreeg er in diezelfde tijd duizenden naamgenootjes bij. Sinds een paar jaar komt ook Bella geregeld voor, met dank aan de hoofdpersoon van de Twilightseries.
De afgelopen jaren bestaan er verschillende Elisabeth-trends naast elkaar. In Brabant is men weg van Lise; de kort & stoerfans gaan voor Liz, Lizzy of Izzy; iets behoudender stellen kiezen Elisa of Elise en liefhebbers van vrolijke meisjesnamen vinden Ella leuk.
En tot slot, voor ouders die op zoek zijn naar een betrekkelijk onontdekte retronaam, Elsa. Deze naam was precies een eeuw geleden in trek en nu weer.
Inspiratie
Naast Elsa zag ik nog enkele van Elisabeth afgeleide roepnamen die maar weinig (meer) voorkomen in Nederland, maar wel ‘potentieel’ hebben. Ik ken sinds kort een kleuter die Betsy heet en ik viel meteen voor het meisje – en daarmee voor haar naam.
Meer inspiratie: Bé, Belle, Bess, Bessie, Betta, Ellie, Elsebée, Elsie, Izzy, Lijs en Like. Actrice Inge Schrama noemde haar dochter eerder deze week Betty Sue – dat klinkt ouderwets en hip tegelijk!
Kijk uit voor de snel stijgende populariteit van de ‘legitieme’ maar toch een beetje vreemde naam Isabeau. De perfecte naam voor ouders die een romantische én stoere naam willen.
Elisabeth-roepnamen
< 1900: Betje
Betje
Betske
Elisabetha
Elsien
Elsiena
Elsina
Lijsje
1930-1940: Else
Elsa, Elza
Else, Elze
Elsie
1940-1950: Elly
Bep, Beppie
Bet
Bets, Betsie, Betsy
Betty
Ellie, Elly
Elselina
Elsje
Liesje
1970-1980: Liesbeth
Bettina
Elles, Ellis
Elsbeth
Liesbeth, Lisbeth, Lysbeth
Lisenka
1980-1990: Lisette
Els, Elske
Liset, Lisette, Lizet, Lizette, Lysette
1990-2000: Lisa
Ilse
Lisa, Liza
2000-2010: Isabelle
Babet, Babette, Bette
Isa, Isabel, Isabella, Isabelle, Belle
Jalissa, Jelissa
Elsa
Lies, Lieske
2010-nu: Liz
Bella
Elisa, Eliza
Elise, Elize
Ella
Ise
Liese, Lise, Lize
Lissy, Lizzie, Lizzy
Liz, Lizz
Ik vind Isabel nog altijd heel mooi, maar voluit Elisabeth klink eigenlijk ook niet eens zo gek. Wat is jullie favoriete Elisabeth-naam?
NB: Ilse toegevoegd naar aanleiding van de reacties van is en Ingeborg. En Isa, Ise en Izzy dankzij Marlies!
Je kan je kind vernoemen naar opa, of je laten inspireren door de zoveelste talentenshowwinnares van 2013. Als je geen indrukwekkende stamboom hebt, of je niet door de waan van de dag wil laten meeslepen, kun je in de (recente) vaderlandse geschiedenis duiken.
Ik zette de namen van veertig relatief onbekende mannen en vrouwen op een rijtje die als eerste Nederlander iets bijzonders hebben gepresteerd. Mannen die als eerste Nederlander buitenlandse sportwedstrijden wonnen en vrouwen die hun tijd ver vooruit waren.
Stoere vrouwen
Zo behaalde Coosje Wolters, alias ‘de duivelin van Den Haag’, begin vorige eeuw als eerste Nederlandse vrouw haar motorrijbewijs. Het is wel een wat droevig verhaal, want na de Tweede Wereldoorlog scheidde Coosje van haar man en moest in haar eentje verder met dochtertje Adri. De motor werd te duur voor de alleenstaande moeder en de tijd van races rijden was daarmee voorbij. Gelukkig kwam Henny Huisman op Coosjes honderdste verjaardag to the rescue en nam de eeuweling mee voor een motorrit.
Wat minder spannend is het verhaal van Bianca Hoogendijk. Wie? Wel, de echtgenote van onze voormalige premier, Jan-Peter Balkenende. Zij was de eerste vrouw-van die haar eigen achternaam is blijven dragen, terwijl haar man in het torentje zetelde.
Voor Anthonie van Aken was het begin vorige eeuw nog knokken om als vrouw een eigen leven te mogen leiden. Haar vader schaamde zich toen hij de naam van zijn dochter in de krant las, nadat zij in 1900 de Nederlandse Kampioenschappen tennis had gewonnen. Haar baantje als tennislerares bij de Haagse tennisclub Leimonias (‘weidenimf’) werd er ook al door bemoeilijkt, dus tenniste ze professioneel verder als A.N. Thonie.
Uiteindelijk gaat ze de boeken in als de eerste Nederlandse vrouw die een bovenhandse service aandurft. Extra uitdaging: er wordt van vrouwen verwacht dat ze fatsoenlijk gekleed zijn. Hun lange rok zorgt voor struikelpartijen en achter de hoed met brede rand blijft het racket regelmatig haken. Nogal een verschil met de strakke pakjes van de Venussen en Serena’s van een eeuw later!
De eerste vrouw die…
Aletta Jacobs (1854), arts
Angelien Eijsink (1960), langere tijd aan boord onderzeeër
Anita Staps (1961), WK judo ’81
Anthonie van Aken (1880), bovenhandse service
Beatrix de Rijk (1883), vliegbrevet ’11
Bianca Hoogendijk (1960), behield als premiervrouw eigen achternaam
Bregtje van der Haak (1966), filmen in Saoedi-Arabië ’05
Coosje Wolters (1904), motorrijbewijs ‘de duivelin van Den Haag’
Corine Rottschäfer (1938), Miss Europa ’57
Dulci Ouwerkerk (1920), Prix d’Excellence viool
Gratia Schimmelpennick van der Oye (1912), deelname winterspelen skiën
Jetta Kuyper (1870), lezing geven
Katja Staartjes (1963), beklimmen Mount Everest ’99
Mary Kok (1940), overzwemmen Kanaal ’60
Mirte Roelvink (1985), voetballen bij Ajax ’04
Rozemarijn Janssen (1968), beklimmen Carstenzpiramide en Mount Vinson
Stien Kaiser (1938), WK allround schaatsen ’65
Thea Sybesma (1960), triatlon in minder dan 9 uur
Titia Bergsma (1786), bezoek Japan
Vera Pauw (1962), professioneel voetballen in Italië
Bron: Wikipedia
Sportieve mannen
Het is natuurlijk sneu als je de annalen ingaat als de ‘eerste Nederlander die omkwam bij een vliegongeluk’, maar hé, iemand moet de eerste zijn. Sorry, Clément.
Verder is de lijst vooral gevuld met mannen die wedstrijden wonnen en bergen bedwongen. Plus een paar wetenschappers en een onfortuinlijke verzetsstrijder.
Clément van Maasdijk (1885), omgekomen bij vliegongeluk ’10
Freddy van Riemsdijk (1890), vliegbrevet ’10
Frits Vrijlandt (1967), Mount Everest via noordgraat ’00
Gerritjan Eggenkamp (1975), winnaar Boat Race
Gregor Stam (1962), hele triatlon ’81
Henry van ’t Hoff (1852), nobelprijs scheikunde
Jan Jansz. Weltevree (1595), bezoek Korea
Jeroen van Dijk (1971), grand prix finals badminton
Johan Hilgers (1886), vliegen boven NL grondgebied ’10
Joris van Spilbergen (1568), bezoek Ceylon
Kees Hoving (1919), 100 meter vrije slag in minder dan een minuut
Krijn Taconis (1918), lid van Magnum-fotoagentschap ’50
Laurens Bicker (1563), bezoek grensgebied Argentinië/Uruguay ca. 1600