Na een Belgisch geval van naamdiscriminatie en een Nederlands-Marokkaanse vader die zijn kind gedwongen een Marokkaanse naam moest geven, is er nu een docent aan de Hogeschool van Breda die problemen kreeg bij de burgerlijke stand.
De kersverse vader wilde zijn zoon Nour-e-Dean noemen, een in zijn ogen mooi poldercompromis tussen het traditionele Noureddine en het iets te moderne Dean.
Het Marokkaanse consulaat meldde echter dat de naam in deze spelling niet voorkomt op “de lijst” en dat het jongetje desgewenst geen Marokkaans paspoort zou kunnen krijgen.
Nu ontgaat het mij volledig waarom je een paspoort zou willen van een land waar je ouders niet eens geboren zijn, maar dit terzijde. De overheid moet zich niet bemoeien met voornamen, uitzonderingen als regelrechte scheldwoorden daargelaten.
Noureddine mag wel, maar Nour-e-Dean niet
Woensdag 6 juni 2007 – BREDA – Daar stond Youssef Azghari voor het bureau van de burgerlijke stand op het Marokkaans consluaat in Den Bosch. Vol trots over zijn pas geboren zoontje. Maar mooi dat dat zoontje geen Marokkaans paspoort kreeg. “Zijn naam komt niet voor op hun namenlijst. Absurd.”
Azghari, docent aan de Avans-hogeschool in Breda, en zijn Nederlandse vrouw kozen de naam Nour-e-Dean, een Westerse variant op het typisch Arabische Noureddine. Maar hoe mooi verzonnen ook, op het Marokaanse consulaat was men niet te verwurmen.
Op de verschillende consulaten in Nederland ligt namelijk al enkele jaren een lijst met voornamen: 720 meisjesnamen, 865 jongensnamen. Kinderen wier voornaam niet op die door de Marokkaanse overheid samengestelde lijst voorkomt, krijgen geen paspoort. Ook al hebben ze daar, omdat ze een Marokkaanse ouder hebben, en naast hun Nederlandse paspoort, wel recht op.
“Zijn naam werd alleen geaccepteerd als ik die wijzigde. En dat weiger ik”, moppert Azghari. Op alles nog wat ingewikkelder te maken: de lijst kan per consulaat verschillen.
Het is niet alleen Azghari die boos is. In toenemende mate lijken Marokkaanse Nederlanders zich aan de verplichting die door de Marokkaanse overheid wordt opgelegd te storen.
Het Marokkaans-Nederlandse PvdA-raadslid Moussa Aynan uit Haarlem begon onlangs een handtekeningenactie tegen de lijst. Het raadslid wil ook dat Marokkaanse ouders uit protest hun kinderen een naam geven die niet op de lijst voorkomt. Zelf noemde hij zijn zoon Zacaria, terwijl dat volgens Zakaria moet zijn.
Ook vindt Aynan het belachelijk dat veel Nederlandse gemeenten de lijst op het gemeentehuis hebben liggen, om Marokkaanse ouders er bij het moment van aangifte op te wijzen. “Ze zeiden dat ik bij een afwijkende naam problemen kon krijgen met ‘mijn overheid’.”
Aynan vindt dat Nederland niet mee moeten werken aan een dergelijk ‘discriminerend en Arabisch-nationalistisch beleid’.
Op de lijst komen voornamelijk Arabische namen voor. Geen Wouter, David of Saskia.
“Maar ook de oorspronkelijke bewoners van Marokko, die hun dochtertje een berbernaam als Numidia geven, worden met scheve ogen aangekeken”, zegt de Bredase docent Azghari.
“Zoiets absurds bestaat slechts in autoritair geregeerde, oerconservatieve landen. Het past niet in een moslimland dat modern wil zijn. Moet elke Marokkaan die ook Nederlander wil zijn eerst Jan of Piet heten?”
De lijst zou voortkomen uit een Marokkaanse wet waarin staat dat geregistreerde namen een Marokkaans karakter moeten hebben. Volgens een medewerker van een Marokkaans consulaat is de lijst bedoeld om ’te laten zien hoe mensen de namen moeten schrijven, want ze doen het vaak verkeerd’.
Voor officieel commentaar verwijst hij naar de consul. Die was gisteren niet bereikbaar voor commentaar. Azghari kent het argument, maar is niet onder de indruk: “Het zou de correcte vertaling vanuit het Arabisch alfabet in het Latijns alfabet zijn. Maar dat is onzin. Er zijn veel manieren.”
De discussie is inmiddels verhard. De website van de Haarlemse PvdA’er Aynan werd bestookt met kritiek op zijn actie. Het raadslid sloot de discussie op zijn site af en heeft inmiddels alleen nog maar artikel 1 van de Nederlandse grondwet op de site staan.
Ook het Oosterhoutse raadslid Abdul Hajjami is het niet met zijn Haarlemse collega eens. Hij heeft geen probleem met de lijst en vindt dat gemeenten ‘goed werk’ doen door nieuwe ouders er op te wijzen. “De Marokkanse overheid doet niet zomaar iets. Ze hebben regels gemaakt en daar moeten we ons aan houden. Sommige kinderen heten Moussa, maar letterlijk vertaald uit het Arabisch is dat Mouse. En dat willen de mensen niet, dat lijkt te veel op Mickey Mouse.”
Volgens Hajjami staan ‘vrijwel alle voorkomende namen’ op de lijst. En als een naam er niet op staat, kun je volgens mij een aanvraag indienen bij de Marokkaanse regering.” Maar, zegt ook hij, bij zo’n verzoek hoef je niet met de naam Geert aan te komen.
“Dat is geen islamitische naam. Als je wel zo’n naam kiest, dan krijg je dus alleen een Nederlands paspoort. het is maar waar je voor kiest.”
Op Marokkaanse consulaten in Nederland liggen lijsten met kindernamen: wie een naam heeft die niet op de lijst staat, krijgt geen Marokkaans paspoort.
‘Anders moeten ouders namen weer wijzigen’
ROOSENDAAL/BREDA – De meeste Marokkaanse Nederlanders die zich melden bij de burgerlijke stand van de gemeente Roosendaal, zijn al bekend met het fenomeen van de Marokkaanse namenlijst.
“Maar wij wijzen ze er wel op: als dienstverlening en om problemen te voorkomen”, zegt gemeentewoordvoerder Ruben Sax. Want waar de Nederlandse burgerlijke stand een welhaast onbeperkte vrijheid geeft in het kiezen van een voornaam (een beledigende voornaam mag overigens niet), ligt dat bij het Marokkaanse consulaat anders. Die hanteert een lijst met 1500 voornamen, met een andere naam krijgt een kind geen Marokkaans paspoort.
“Daar wijzen wij op. Anders komen de ouders straks na een paar dagen terug om bij ons de naam te wijzigen en dat kost geld”, aldus Sax.
De gemeente Breda hanteert hetzelfde beleid. Die gemeente wijst er ook nog eens op dat er verschillende lijsten met voornamen in omloop zijn.
“Het consulaat in Rotterdam en Amsterdam geven allebei lijsten af. Sommige namen worden worden afgewezen door ‘Rotterdam’, maar geaccepteerd door ‘Amsterdam’.
“Bij de burgerlijkse stand in Breda ligt alleen een Marokkaanse namenlijst. In sommige andere gemeenten circuleert ook een lijst met Turkse namen, maar daar schijnt minder streng de hand aan te worden gehouden.
In Roosendaal ligt ook een lijst ‘van Vietnam of Korea waaruit door ouders een achternaam voor hun kind moeten worden gekozen’, aldus de gemeentelijk woordvoerder.
Link: BN/De Stem