In mijn zoektocht naar nieuwe inspiratie op het gebied van hockeynamen voor jongens selecteerde ik namen die op de letter R eindigen: daarover later vanochtend meer. Blijkbaar zijn dat namen naar mijn smaak: ik zag er maar weinig lelijks tussen.
Toch zal ik jullie verblijden met wat voornamen van jongens die in 2009 werden geboren, maar die mijn hockeytoets niet hebben doorstaan.
Het zijn vooral Engelse achter-, woord- en plaatsnamen die het moesten ontgelden: Banner, Bear, Bender, Buster, Carter, Charger, Chester, Cooper, Denver, Favour, Fisher, Harper, Hunter, Jagger, Kiefer, Lander, Master, Parker, Pepper, Racer, River, Saviour, Skipper, Timber, Tudor, Winner, Your en Zipper. Zo ook Rimmer, een in theorie keurige Friese naam die ‘beroemd’ betekent, maar inmiddels een bijsmaakje heeft gekregen.
Ouders van Amor en Amour: jullie houden van je kind. We begrijpen het. Dior, Feipater, Junior, Jupiter, Neander, Niger, Oger, Saffier, Zweer – tja.
Tot slot de kroonjuwelen, namelijk de spannende spellingen, vermengd met een enkel automerk: Géslymar, Neliomar, Olliver, Ruthger, Ryker, Scyler, Skyler (ik lees altijd: skaileer), Spycker, Starr, Storr, Strycker, Thyger, Tiëstor, Xiophyr, Xzaviër, Znar, Zoeper. Strycker! Boem!